Nieuwsbrief september 2024

Prinsjesdag 2024 is achter de rug. Tijd om u weer van alle belangrijke (voorgenomen) wijzigingen in Wet- en Regelgeving te voorzien. We zetten de voor u belangrijkste zaken op een rij.

Belastingschijven en kortingen

“We gaan er in 2025 allemaal op vooruit”, aldus Koning Willem Alexander in zijn troonrede. In 2025 wordt ingezet op lastenverlichting, onder andere door werken aantrekkelijker te maken. Hiertoe wordt een extra belastingschijf gecreëerd, die ervoor zou moeten zorgen dat iedereen volgend jaar iets meer overhoudt. Waar we in 2024 een tweeschijventarief kennen, zullen vanaf 2025 de volgende 3 schijven van toepassing zijn:

 Belastbaar loon van Belastbaar loon totTarief 2025
 1e schijf € 0 €  38.441,0035,82%
 2e schijf € 38.441,00 €  76.817,0037,48%
 3e schijf € 76.817,0049,50%

Sociale premies en inkomensafhankelijke bijdrage Zvw

U dient periodiek loonheffingen en sociale verzekeringspremies af te dragen. Loonheffing is een voorheffing op de inkomstenbelasting en betaalt de medewerker dus zelf. U betaalt de sociale premies. Voor 2025 zijn die als volgt vastgesteld:

Premie20242025
WW-AWf laag2,64%2,74%
WW-AWf hoog7,64%7,74%
Ufo-premie0,68%0,68%
Uniforme opslag kinderopvang0,50%0,50%
Aof-premie kleine werkgevers6,18%6,35%
Aof-premie grote werkgevers7,54%7,58%
Gemiddelde Whk-premie*1,22%1,33%
Inkomensafhankelijke bijdrage Zvw5,32%5,26%
Werkgeversheffing Zvw6,57%6,51%

 * Ieder jaar ontvangt u van de Belastingdienst een beschikking Whk waarop het voor u geldende percetage Whk staat vermeld.

OV-kaart onbelast

In een eerdere nieuwsbrief hebben we gemeld dat een OV-kaart onbelast kan worden vergoed of verstrekt wanneer deze onder andere ook zakelijk wordt gebruikt. Woon-werkverkeer wordt als zakelijk verkeer gezien.

Dit jaar is een en ander verduidelijkt. De gerichte vrijstelling geldt niet voor privéreizen die met een privémiddel (dus niet door de werkgever vergoed, verstrekt of ter beschikking gesteld), zoals een privé OV-kaart, worden gemaakt. Verder wordt duidelijk gemaakt dat de vrijstelling niet is beperkt tot Nederlands openbaar vervoer.

Wet tegemoetkoming loondomein (Wtl)

In een eerdere nieuwsbrief hebben we u gemeld dat naar alle waarschijnlijkheid verdere wijzigingen in de Wtl zouden volgen. Per 2025 wordt het Lage Inkomensvoordeel (LIV) inderdaad afgeschaft. Ook het loonkostenvoordeel voor oudere werknemers wordt vanaf 2025 stapsgewijs afgebouwd. Voor dienstbetrekkingen die al voor 2024 waren aangegaan, blijft de huidige regeling gelden. Voor dienstbetrekkingen vanaf 2024 wordt het loonkostenvoordeel oudere werknemers verlaagd in 2025 en afschaft per 2026.

30%-regeling

Voor ingekomen werknemer geldt dat 30% van hun belastbare loon onder voorwaarden onbelast mag worden vergoed. In het voorlopige belastingplan 2025 was een flinke versobering van deze regeling voorgesteld. Deze versobering is in het definitieve plan deels teruggedraaid. Vanaf 2027 geldt gedurende een periode van 5 jaar een aftrekmogelijkheid van 27% in plaats van de huidige 30%.

Compensatieregeling transitievergoeding

Bij langdurige arbeidsongeschiktheid bent u verplicht het loon gedurende 104 weken door te betalen. Na deze 104 weken loondoorbetaling mag de dienstbetrekking met de werknemer worden beëindigd. U bent dan echter een transitievergoeding aan de werknemer verschuldigd. Deze transitievergoeding krijgt u gecompenseerd van het UWV. Vanaf 2026 krijgt u deze compensatie alleen nog als u een kleine werkgever bent (minder dan 25 werknemers).

WW-premiedifferentiatie

De ww-premie die u dient af te dragen aan de Belastingdienst is gedifferentieerd naar arbeidsovereenkomst. Bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en een vaste arbeidsduur per week is de lage ww-premie verschuldigd.

Er bestaan twee situaties waarbij de lage ww-premie moet worden herzien naar de hoge ww-premie. Eén ervan is wanneer de medewerker meer dan 30% meer heeft gewerkt dan contractueel overeengekomen. Deze herzieningssituatie geldt niet voor contracten met een gemiddelde omvang van 35 uur of meer per week. Per januari 2025 geldt dat deze grens wordt verlaagd naar een gemiddelde arbeidsomvang van 30 uur of meer per week.

Afkoop bijtelling bestelauto

Als een bestelauto ter beschikking wordt gesteld aan een medewerker, dan moet deze voor de periode van terbeschikkingstelling worden bijgeteld. Bij doorlopend afwisselend gebruik van de bestelauto door twee of meer medewerkers is de bijtelling mogelijk moeilijk individueel vast te stellen. Het privégebruik van de bestelbus mag in dat geval worden afgekocht. Het bedrag aan belasting dat in dit geval moet worden afgedragen is € 300. Vanaf 2025 zal dit bedrag worden verhoogd naar € 438 en vervolgens jaarlijks worden geïndexeerd.